In een Plaatselijke Verordening, zoals de Algemene Plaatselijke Verordening (APV), staat de gemeentelijke regelgeving onder meer op het gebied van openbare orde en veiligheid. De APV is geldig voor iedereen binnen de gemeente. Er staan ook vaak regels in over reclame-uitingen in de openbare ruimte.
Gemeenten kunnen ongewenste reclames weren op basis van een Plaatselijke Verordening zoals de APV. De eerste vraag is of de huidige Plaatselijke Verordeningen aanknopingspunten bieden voor een reclamebeperking. Zo is het mogelijk dat een Plaatselijke Verordening al inhoudelijke eisen stelt aan reclames (bijv. “schadelijke reclames zijn verboden”). In dat geval is het aan de gemeente om te onderzoeken of die norm kan worden gebruikt als basis voor de gewenste reclamebeperking. Goed gemotiveerd reclamebeleid is daarbij belangrijk.
De privaatrechtelijke route kan sneller zijn dan de publiekrechtelijke route, maar dat is afhankelijk van de huidige afspraken en tot wanneer de huidige contracten lopen. Een voordeel van de publiekrechtelijke route is dat het weren van reclame breder wordt toegepast. De APV is immers ook van toepassing op reclame die niet onder een exploitatieovereenkomst valt, maar in principe op alle reclames die in de openbare ruimte te zien zijn.