Engels

Mijn Leefomgeving

Hoe kan ik het beste samenwerken met mede-bewoners?

Uit onderzoek (Brörmann, 2010) blijkt dat bewonersinitiatieven vooral werken als ze kleinschalig starten en écht vanuit de buurtbewoners zelf komen (en dus niet het initiatief bij een gemeente ligt). Daarnaast wordt een initiatief in je buurt sneller een succes als je medebewoners zich onderdeel ervan voelen en het belangrijk vinden om eraan mee te werken. Om een groep van medebewoners te laten werken, zijn kleine en snelle resultaten nodig, maar ook langdurige inzet en een visie voor de lange termijn, schrijft Brörmann.

Tips voor samenwerking

  • Over heel Nederland zijn mensen actief in hun leefomgeving. Handig is om te weten wie er in jouw buurt ook actief is. Dagblad Trouw geeft jaarlijks een overzicht van 100 duurzame initiatieven in Nederland.
  • Heb je zelf een initiatief waar je anderen bij wil betrekken, kan je dat doen via een buurtplatform dat bij jou in de buurt veel gebruikt wordt. Zie hier voor een overzicht van verschillende buurtplatforms.
  • Stel een groep samen van ten minste drie enthousiaste buurtbewoners die het voortouw nemen en bereid zijn samen te werken om de rest van de buurt te betrekken.
  • Betrek zoveel mogelijk anderen uit je buurt bij je initiatief en laat ze meedenken en doen. Uit onderzoek (Van der Schot, 2016) blijkt dat motivatie blijkt te groeien als mensen het gevoel hebben daadwerkelijk iets te kunnen bereiken, invloed te kunnen uitoefenen en sociaal of materieel beter van worden.
  • Zoek naar ambassadeurs en influencers die helpen jouw idee te verspreiden in de buurt, bijvoorbeeld een café-eigenaar die veel mensen kent.
  • Test wat je wil gaan doen en je communicatie naar andere partijen (pitch, filmpje, presentatie) bij medebewoners.

(Voor je Buurt, 2013)

Leefplekmeter
Je kunt de leefplekmeter van Pharos gebruiken om met anderen, bijvoorbeeld buurtgenoten of de gemeente, in gesprek te gaan over je leefplek. Via deze meter kun je positieve en negatieve punten van een buurt of wijk beoordelen. In de leefplekmeter beoordeel je veertien thema’s in je wijk, zoals natuur en groen, voorzieningen, sociale contacten en veiligheid. Je kunt de meter samen met medebewoners invullen en bespreken om te bekijken wat er goed gaat en water beter kan.

Tips voor communicatie

  • Steeds meer bewonersinitiatieven gebruiken Facebook, websites, e-mail en WhatsApp voor hun onderlinge communicatie (Rauws et al., 2017). Bedenk via welk platform je nieuwe deelnemers aan wil trekken en beslissingen met de groep wilt nemen.
  • Daarnaast is het handig als je regelmatig face-to-face overlegt om contact te onderhouden met je medebewoners.
  • Overleg ook regelmatig met partners (zoals de gemeente) over nieuwe ontwikkelingen en beslissingen die direct invloed hebben op de samenwerking met elkaar. Maak afspraken over de communicatie en evalueer de samenwerking op vaste tijdsstippen. Informeel contact kan de relatie versterken.

Wat is community building?

Veel gemeenten zetten in op een sociale aanpak om de situatie in hun aandachtswijken (sociaal-economisch zwakkere wijken) te verbeteren. In lijn met het rijksbeleid wordt tegenwoordig veel verwacht van eigen initiatief, actief burgerschap en sociaal ondernemerschap. Onderzoek (Uyterlinde & Van der Velden, 2017) laat zien dat initiatieven die ‘van onderop’ ontstaan niet altijd een pasklaar antwoord bieden voor de sociale en fysieke problemen die in dit soort wijken aan de orde van de dag zijn. Wel zijn deze initiatieven van belang in wijken omdat ze sociale waarde generen. De vrijwilligers en werknemers van deze initiatieven weten goede relaties en netwerken in buurten op te bouwen en mensen te activeren. Dit noemen we community building.

Uit vele verschillende onderzoeken blijkt dat er voornamelijk een bepaalde doelgroep participeren in initiatieven. Bijvoorbeeld uit onderzoek (van Mourik et al., 2022) blijkt dat bepaalde kenmerken van vrijwilligers en werknemers van initiatieven vaak voorkomen. Ze zijn over het algemeen ouder (55-plus), hoogopgeleid en hebben ze een relatief hoog inkomen of bezitten ze een eigen huis. Uit ander onderzoek (Engbersen et al., 2015) blijkt dat mensen met een migratieachtergrond minder vaak participeren in initiatieven voor de verbetering van de leefomgeving. Verder beschrijven zij (ook) dat bewonersinitiatieven vaak door een specifieke groep (witte Nederlanders) worden opgezet en bezocht. Het is belangrijk om iedereen te betrekken bij je initiatief. Kennisplatform Integratie & Samenleving heeft in een onderzoek beschreven hoe je meer inclusief kan zijn bij je initiatief. Lees hier meer over dit onderzoek.

De rol van de ‘vrijwillige’ community-werker lijkt steeds belangrijker te worden. Uit onderzoek (De Zeeuw et al., 2018) blijkt dat dit soort mensen onontbeerlijk zijn voor de continuïteit en het voorbestaan van bewonersverbanden. Zowel in de trekkersrol als in de politiek-strategische rol om het initiatief te positioneren in de omgeving, met name naar de lokale overheid.

Het Landelijk Samenwerkingsverband Actieve Bewoners (LSA) adviseert de methode Asset-Based Community Development (ABCD) voor het betrekken en activeren van groepen bewoners die onderling weinig contact hebben en buitengesloten worden. Lees hier meer over de ABCD-aanpak en hoe jij eventueel deze aanpak kan toepassen bij je initiatief.

Is rechtsvorm bij een organisatie nodig?

Veel bewoners steken de handen uit de mouwen met activiteiten in hun eigen buurt. In veel gevallen hoeft dit niet geformaliseerd te worden door het oprichten van een organisatie met rechtsvorm. Denk bijvoorbeeld aan het schoonmaken van je straat met buurtbewoners of het verbeteren van het groen in de buurt.

Uit onderzoek (Rauws et al., 2017) blijkt dat de meerderheid van initiatieven informeel van aard zijn en dat is meestal een bewuste keuze van initiatiefnemers. Dit zorgt voor zo min mogelijk bureaucratie en het vermijdt eventuele verantwoordingsverplichtingen. Een initiatief wordt meestal geformaliseerd in combinatie met het aanvragen van subsidies of fondsen.

Er kunnen omstandigheden zijn die de oprichting van een formele organisatie wenselijk of zelfs noodzakelijk maken. Er zijn verschillende rechtsvormen die elk hun eigen kenmerken hebben. Een goede match met de (toekomstige) activiteiten is belangrijk.

Wenselijk:

  • Door het oprichten van een rechtspersoon krijgt het initiatief identiteit en wordt vastgelegd waar het voor staat.
  • Het is vaak niet gewenst dat het geld via een privérekening van één van de initiatiefnemers beheerd wordt.
  • Door de activiteiten vanuit een rechtsvorm te organiseren, ligt de aansprakelijkheid bij de rechtsvorm en wordt persoonlijke aansprakelijkheid voorkomen.

Noodzakelijk:

  • Als er vermogen ontstaat doordat bijvoorbeeld een wijkcentrum (eigen vermogen) wordt overgedragen aan een bewonerscollectief of doordat er financiële middelen beschikbaar komen van een fonds of een bank (vreemd vermogen).
  • Als er werk wordt verricht dat risico’s en/of aansprakelijkheden voor initiatiefnemers of anderen met zich meebrengt: via een organisatie kunnen daar verzekeringen voor afgesloten worden.
  • Als er onder bewoners behoefte is aan vaste afspraken over de organisatie van activiteiten in de wijk. Het formaliseren van afspraken kan betrokkenen meer houvast geven in de huidige situatie én biedt een helder raamwerk voor bewoners die laten mee willen doen.

(HIER, 2019)
(Ministerie van BZK, 2013)

Check voor tips en informatie:
Rechtsvormen statuten van HIER Opgewekt
Rechtsvormen voor ondernemende bewoners van Tijd voor Samen
Rechtsvormen kiezen van LSA Bewoners

‘Community to business’

Er is een trend zichtbaar waarbij bewonersinitiatieven steeds ondernemender te werk gaan. Energiecoöperaties zijn hier een voorbeeld van. Er is een grotere nadruk op het generen van eigen inkomsten naast subsidies. Deze initiatieven kiezen ervoor om als coöperatie te starten in plaats van als vereniging en ze zoeken actief samenwerking met het bedrijfsleven.

Bedrijven verkennen de kansen die ‘business to community’ biedt. Denk hierbij aan een zorgaanbieder die een dienst aanbiedt aan een zorgcoöperatie, of overheden die speciale programma’s ontwikkelen voor het beheer van plantsoenen door collectieven van bewoners (Bom, 2017).

 Coöperatie
Als een initiatief meer bedrijfsmatige activiteiten gaat ondernemen wordt vaak voor een coöperatie als rechtsvorm gekozen. Binnen de coöperatie ligt de zeggenschap bij de leden en deelt iedereen in de winst. De leden benoemen het bestuur, dat de coöperatie bestuurt. De oprichting van een coöperatie gebeurt bij de notaris. Een coöperatie is een bij notariële akte als coöperatie opgerichte verenging. Het is een verenging mét een bedrijf.

Wijkonderneming of bewonersbedrijf
Het fenomeen wijkonderneming (ook wel bewonersbedrijf genoemd) is gebaseerd op de community enterprises uit het Verenigd Koninkrijk. Bewoners nemen daarbij zelf initiatief in hun woonomgeving en hebben het vervolgens ook voor het zeggen. Ze beheren hun eigen budgetten en streven naar financiële onafhankelijkheid. Winst vloeit terug naar (de activiteiten voor) de buurt.  De rechtsvorm is veelal een stichting en er wordt gewerkt met vrijwilligers. Met al hun activiteiten leveren zij een bijdrage aan de leefbaarheid van dorpen en wijken.

Uit onderzoek (Hendriks, 2023) blijkt dat wijkondernemingen een maatwerk bieden aan bewoners en ook inwoners bereiken die een gemeente niet bereikt. Ze kunnen goed aansluiten bij de behoeften van wijkbewoners doordat ze integraal werken en zichtbaar zijn in de wijk. Wijkondernemingen laten ondernemerschap in het sociaal domein zien en verbeteren de wijk door de sterke band met wijkbewoners. In Nederland is deze beweging van wijkondernemingen in een wijk of dorp ook al een aantal jaar gaande. De wijkondernemingen kunnen zich bijvoorbeeld bezighouden met het tegengaan van zwerfafval, opknappen van speeltuintjes of de exploitatie van een wijkrestaurant.

Lees hier meer over bewonersbedrijven