Engels

Circulaire Economie

Wat is een circulaire economie?

De vraag naar grondstoffen neemt wereldwijd toe. Dit leidt tot groeiende schaarste en toenemende druk op het milieu. Daarom werkt de overheid samen met het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties samen om zuiniger en slimmer met grondstoffen om te gaan. Het doel: een volledig circulaire economie in Nederland in 2050. Maar wat is dat eigenlijk, een circulaire economie?

Van een lineaire naar een circulaire economie

In een circulaire economie is er nauwelijks afval en worden producten en grondstoffen steeds opnieuw gebruikt. In een lineaire economie worden grondstoffen gewonnen om er vervolgens producten van te maken die na gebruik als afval worden verbrand of gestort. In een circulaire economie gaat het juist om het behoud van grondstoffen door behoud van de waarde van producten en afgedankte productonderdelen, en materialen. De onderstaande afbeelding van PBL geeft het verschil tussen de huidige lineaire economie en de toekomstige circulaire economie goed weer.

In een circulaire economie zijn we dus minder afhankelijk van het winnen van nieuwe grondstoffen. In plaats daarvan worden producten en materialen die we reeds hebben steeds opnieuw gebruikt. Als een product kapot is, wordt dit gerepareerd. En als dat niet meer kan, dan worden er nieuwe producten van gemaakt. Kunnen we er écht niets meer mee? Dan verlaat de grondstof de economie als afval. Maar dat moeten we zoveel mogelijk zien te voorkomen.

Zes circulaire strategieën

Een circulaire economie gaat dus om het behoud van grondstoffen door het behoud van de waarde van producten en afgedankte productonderdelen, en materialen. Je kunt de waarde van grondstoffen behouden door het toepassen van de circulaire strategieën uit de R-ladder. Die worden ook wel de R-strategieën genoemd, en bestaan meestal uit 6 tot 9 ‘tredes’. Wij hanteren dezelfde R-ladder als in het Nationaal Programma Circulaire Economie.

De R-ladder geeft de mate van circulariteit aan. Deze R-ladder heeft 6 tredes (R1 tot en met R6) die verschillende strategieën van circulariteit weergeven. Strategieën hoger op de ladder, besparen meer grondstoffen. Hoe hoger een strategie op de R-Ladder staat, hoe meer circulair de strategie is. Waarbij R1 de hoogste trede is.

R1. Refuse en Rethink

  • Product overbodig maken door van zijn functie af te zien, of die meteen radicaal ander product te leveren.
  • Productgebruik intensiveren (bijvoorbeeld door producten te delen of multifunctionele producten).

R2. Reduce

  • Grondstoffen efficiënter gebruiken door minder grondstoffenverbruik tijdens de productie en het gebruik van producten.

R3. Re-use

  • Hergebruik van afgedankt nog goed product, in dezelfde functie door andere gebruiker.

R4. Repair, Refurbish, Remanufacture en Repurpose

  • Reparatie en onderhoud van kapot product voor gebruik in zijn oude functie.
  • Opknappen en/of moderniseren van oud product.
  • Onderdelen van afgedankt product gebruiken in nieuw product met dezelfde of andere functie.

R5. Recycling

  • Materialen verwerken tot grondstoffen met dezelfde (hoogwaardige) of mindere (laagwaardige) kwaliteit dan de oorspronkelijke grondstof.

R6. Recover

  • Verbranden van materialen met energieterugwinning.

Bron: PBL

 

Meer lezen?