Over het algemeen levert de verwerking, transport en retail relatief weinig directe belasting van het milieu. Maar deze schakels hebben wel een grote indirecte invloed, omdat ze kiezen welke (on)duurzame producten ze inkopen bij producenten en aanbieden aan de consument.
Directe duurzaamheid
Als het gaat om verse landbouwproducten als groente, fruit en vlees, vindt veruit de meeste directe milieubelasting plaats tijdens de productie. Zelfs bij rundvlees dat per schip vanuit Brazilië wordt geïmporteerd is de CO2-uitstoot van slacht, verpakking, koeling en transport verwaarloosbaar ten opzichte van de methaanuitstoot door de koeien zelf, omdat deze ketenschakels door schaalvergroting zeer efficiënt zijn geworden. Alleen bij versproducten die in de supermarkt gekoeld moeten blijven, zoals melk, wordt het energieverbruik in de retail significant.
Naarmate een product meer bewerkt moet worden, zal de totale milieudruk stijgen. Frisdrank is een voorbeeld waarbij tijdens verwerking en verpakking de grootste CO2-uitstoot plaatsvindt, en bij verse vruchtensap gebeurt dit tijdens het transport per vrachtwagen. Er is nog maar beperkt onderzoek naar de duurzaamheid van complexe, samengestelde producten als pizza’s en kant-en-klaarmaaltijden, omdat het moeilijk is om productstromen verder dan enkele ketenschakels terug te traceren. Hetzelfde geldt voor de complexe levenscyclus van productverpakkingen. Toch zijn er initiatieven die de duurzaamheid van productstromen beter in kaart willen brengen, zoals het Engelse Carbon Trust, The Sustainability Consortium en het Europese programma Product Environmental Footprint (PEF).
Marinussen, M., Kramer, G., Pluimers, J., Blonk, H. (2012), p. 16-18.
Blonk, H., Alvarado, C., & Schryver, A. D. (2007), p. 19, 23.
Pluimers, J., Blonk, H., Broekema, R., Ponsioen, T., & Van Zeist, W.-J. (2011), p. 37, 44.
Stichting Duurzame Voedingsmiddelenketen (2008), p. 8-9, 16.
Zie website PEF.
Zie website Sustainability Consortium.
Rol van verwerking, transport en retail
Hoewel de directe invloed van verwerking, transport en retail op duurzaamheid beperkt is, kunnen deze partijen via hun keuze van producten en leveranciers en de uiteindelijke plaatsing van producten in het winkelschap een bepalende rol spelen in het proces van verduurzaming. In de supermarkt is er bijvoorbeeld een groeiende rol voor aanbiedingen en huismerken. Consumenten geven aan dat minimaal 30% van hun aangekochte voedingsproducten in de aanbieding waren, en tegen de 40% een huismerk. De consumenten die veel letten op betaalbaarheid en aanbiedingen eten relatief minder groenten, fruit en vis en juist meer vlees. Deze consumenten zijn dus extra vatbaar voor aanbiedingen die gemaakt worden op vlees, een gegeven waar sommige supermarktformules gebruik van maken.
PBL (2013), p. 103-104.
Onwezen, M., van ‘t Riet, J., & Barels, J. (2011), p. 29.
De Bakker, H. C. M., & Dagevos, H. (2010), p. 117.
Keteninitiatieven
Grote supermarkten hebben onderling private veiligheids- en kwaliteitsstandaarden, om meer invloed te hebben op het proces van productie en verwerking. In Nederland hebben we bijvoorbeeld het Integrale Ketenbeheersing (IKB) keurmerk, dat garant staat voor extra veiligheidscontroles in de keten van rundvlees, varkensvlees en kip. Europese supermarkten hanteren met elkaar GlobalGAP, een standaard die producenten en leveranciers over de hele wereld vraagt te voldoen aan voedselveiligheidsprotocollen en standaarden voor kwaliteit en duurzaamheid. Verder zet het Initiatief Duurzame Handel zich in voor duurzamere handelspraktijken en zijn er internationale rondetafels waarin wordt samengewerkt om palmolie- en sojaketens te verduurzamen.
WRR (2014), p. 30.