Anders delen en verbinden houdt in dat toegewerkt wordt naar een andere verdeling van de inkomsten over de keten, van boer tot supermarkt. Tevens gaat het over het verhogen van transparantie over verduurzamingsprocessen en het dichterbij brengen van consument en boer.
Het verdienmodel
Het extra geld dat producenten nodig hebben voor duurzame investeringen kan in principe worden terugverdiend door de consument meer te laten betalen. Hoewel het algemene duurzaamheidsniveau toeneemt, worden de meeste producten zonder keurmerk en anoniem (bijvoorbeeld als supermarkthuismerk) verkocht en betaalt de consument er niet extra voor. In de afgelopen vijftig jaar hebben vier grote supermarktketens en groothandels twee derde van de markt in handen gekregen. Zij hebben daardoor veel onderhandelingsmacht en controle over de verkoopprijs, ten koste van producenten. Een ander probleem is dat een groot deel van de Nederlandse productie wordt geëxporteerd, en er in het buitenland niet dezelfde waarde wordt gehecht aan duurzaamheid. Oplossingen hiervoor kunnen zijn het samen afspreken van nieuwe minimumstandaarden en die geleidelijk invoeren, het opzetten van merken of coöperaties en het aangaan van langetermijncontracten.
Reinders, M. J., Poppe, K. J., Immink, V. M., van den Broek, E. M. F., van Horne, P. L. M., & Hoste, R. (2013), p. 2-3, 14-16.
WRR (2014), p. 29.
Vertrouwen en transparantie
Naast het belang van investeren in duurzaamheid is het vertrouwen in en transparantie van de voedingssector vaak onderwerp van discussie. Enerzijds wordt verwacht dat de voedingsmiddelenindustrie betrouwbare informatie over de duurzaamheid van producten geeft en dat een ongezond voedingspatroon zo min mogelijk wordt gestimuleerd. Anderzijds zijn er regelmatig voedselschandalen als de paardenvleesaffaire en bestaat er risico op uitbraak van besmettelijke ziektes in de veehouderij. Mede daarom heeft het industrieplatform voor samenwerking in de keten (de Alliantie Verduurzaming Voedsel) als één van zijn speerpunten het bevorderen van de vraag naar en informatievoorziening over duurzame producten.
WRR (2014), p. 128.
Onderzoeksraad voor de veiligheid (2014), p. 10-12.
AVV (2013), p. 7.
Kortere ketens en lokale productie
Een toenemend aantal ondernemers werkt in kortere, lokale ketens. Het kan hierbij gaan over het terugbrengen van het aantal tussenschakels in de keten of het verkleinen van de geografische afstand tussen producenten en consumenten. Belangrijke redenen voor kortere ketens zijn het doorbreken van de anonimiteit van de voedselproducent en het omzeilen van grote verwerkende bedrijven en supermarkten. Middels (online) boerderijwinkels, voedselboxen en voedselhallen en lokale markten kunnen consumenten beter inzicht krijgen in het productieproces, kunnen producenten een groter aandeel van de winst in de keten verkrijgen en kan het aantal food miles afnemen.
WRR (2014), p. 35.