Engels

Voeding & Duurzaamheid

Wat zijn andere, gerelateerde concepten?

Diverse andere concepten dragen verder in meer of mindere mate bij aan een duurzaam voedselsysteem: circulaire economie, natuurlijk kapitaal, resilience en biobased economy.

Circulaire economie

Een circulaire economie is een economie die ontworpen is als een herstellend en vernieuwend systeem, waarbij materiaalkringlopen worden gesloten, met het doel om producten, onderdelen en materialen een zo hoog mogelijke waarde te laten behouden.

Ellen MacArthur Foundation (2015), p. 2.

Als we de circulaire economie betrekken op het voedselsysteem, gaat het dus om het sluiten van voedselketens, waarin afval en reststromen grondstof zijn. Het Planbureau voor de Leefomgeving formuleert drie criteria voor een circulaire voedseleconomie:

  • Optimaal beheer van hulpbronnen (met een efficiënt en duurzaam gebruik van hulpbronnen en mineralen);
  • Optimaal gebruik van voedsel (met duurzame voedingspatronen en minimale voedselverspilling);
  • Optimaal benutten van reststromen (met hoogwaardige toepassingen van biomassa en afval).

PBL (2016a), p. 4-9.

Zie ook het hoofdstuk ‘Biomassa en Voedsel’ in Rijksoverheid (2016), p. 45-51.

Natuurlijk kapitaal

Natuurlijk kapitaal is de voorraad van alle hernieuwbare en niet-hernieuwbare natuurlijke hulpbronnen (zoals lucht, mineralen en plant- en diersoorten) die samen in een toevoer van diensten voorzien die de welvaart en het welzijn van mensen ondersteunen.

Natural Capital Coalition (2016a), p. 123.

Naast het algemene protocol voor bedrijven heeft de Natural Capital Coalition (NCC) handleidingen opgesteld voor specifieke sectoren, waaronder de voedselindustrie. Om de impact op en afhankelijkheid van het natuurlijk kapitaal in kaart te brengen, kunnen bedrijven in de voedingsmiddelensector gebruikmaken van de Sector Guide Food & Beverages. Op grotere schaal is de integratie van natuurlijk kapitaal in de besluitvorming van belang om de veerkracht van het voedselsysteem te waarborgen.

Natural Capital Coalition (2016b).

Ministerie van Economische Zaken en Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (2016), p. 24.

Zie ook: PBL (2016b).

Resilience

Kort gezegd is resilience de veerkracht van een (voedsel)systeem. Het gaat hierbij om (1) de hoeveelheid schokken die een systeem kan absorberen om nog in dezelfde staat te blijven, (2) de mate waarin het systeem kan aanpassen aan veranderende omstandigheden en (3) het kunnen ontwikkelen van leer- en aanpassingsvermogen van het systeem.

Pisano, U. (2012), p. 6.

Biobased Economy

Een biobased economy (BBE) is een economie die niet draait op fossiele brandstoffen, maar op biomassa als grondstof voor materialen en energie. In een BBE gaat het over het gebruik van biomassa (zoals voedselresten) voor niet-voedselgerelateerde toepassingen. Soms kunnen biobased toepassingen ook concurreren met voedsel, zoals bij landgebruik voor verbouwen van biobrandstof in plaats van voor voedsel.

Novo, A., Jansen, K., Slingerland, M., & Giller, K. (2010), p. 769-770.

Meer informatie op de BioBased Economy-website.